Naar ‘Alle begrippen’

A B C D F G H I K L M N O P Q R S T U V W Z

browser

browser
Als u websites bekijkt op internet, dan gebruikt u een browser. Dat is een computer-programma dat standaard op uw computer staat. Zonder browser kunt u geen websites bekijken. Chrome is een browser die veel wordt gebruikt. Andere bekende browsers zijn Edge, Mozilla Firefox en Safari. Het woord ‘browser’ komt uit het Engels. ‘Browse’ betekent ‘bladeren’, in de zin van ‘bladeren in een boek’. Elke website heeft zijn eigen adres. Dit adres staat in de adresbalk van de browser. Zo’n adres noem je een ‘URL-adres’. Twee voorbeelden van een URL-adres: https://www.overheid.nl/ en https://www.digid.nl/. Om te kunnen zoeken op internet, gebruikt u een zoekmachine, zoals Google, Bing of DuckDuckGo. Een zoekmachine is dus iets anders dan een browser. Ook zoekmachines staan meestal al op uw computer.

Zie hieronder de plaatjes die horen bij de genoemde browsers. Deze plaatjes noem je ook wel icoontjes of pictogrammen.

 

bruto

bruto
Bruto is het bedrag dat u verdient vóórdat er belasting en andere kosten vanaf gaan. Het is het totale bedrag dat uw werkgever betaalt voor uw werk, maar u krijgt dit bedrag niet helemaal op uw rekening. Na het aftrekken van belasting en premies blijft het netto bedrag over. Bruto is dus het hogere bedrag, en netto is wat u uiteindelijk op uw rekening krijgt.